Door: Asta Diepen Stöpler
Willem-Jan Jansen en Hanny Heemskerk-Jansen: “Vriendjes speelden graag met ons bij opa en oma Jansen, omdat ze altijd een snoepje kregen, tumtum, snoephartjes, dropveters of stroopsoldaatjes.”
Kruidenierszaak Jansen was van circa 1930 tot de tweede helft van de ’50-er jaren gevestigd aan de Jufferstraat. Eerst op nummer 14, na een omnummering op 22. In de jaren ’60 is een deel van de Jufferstraat, waaronder dit pand, gesloopt om plaats te maken voor de parkeergarage van Hotel Theater Figi.
Willem-Jan Jansen en Hanny Heemskerk-Jansen vertellen over kruidenierszaak van hun grootouders en oom.
Onze grootouders Jan Willem Jansen en Artje Jansen – Den Boestert openden rond 1930 een kruidenierszaak aan de Jufferstraat. Zo’n tien jaar later nam een van hun zonen – onze ome Bertus en zijn vrouw tante Adrie – de winkel over.
Wij kwamen vaak bij opa en oma. Achter de winkel lag de woonkamer, die erg donker was. De serre was een stuk lichter. Hanny keek graag vanuit de woonkamer de winkel in. Een bijzonder gezicht met alle potten, bussen en blikken. Vanuit de winkel keek je recht Nooitgedacht in. Op de gevel van de winkel prijkten emaillen reclameborden van Maggi en Van Nelle thee en koffie. De etalage stond vol met mooie flessen.
De oude weegschaal – eigenlijk een balans – met twee koperen schalen en losse gewichten van onder meer 5 gram, 100 gram, 1, 2 en 10 kilo stond op de toonbank. In de vakken van de grutterskasten zaten losse kapucijners, witte bonen, bruine bonen, zout, suiker. Deze waren werden in grote verpakkingen bij onze grootouders afgeleverd.
Ook groene zeep werd los verkocht vanuit een grote ton. Met een houten lepel schepte mijn opa de gewenste hoeveelheid op witgrauw pakpapier. Zorgvuldig dichtvouwen zodat het niet kon lekken op de andere boodschappen. Vooral als het warm weer was, kon de zeep gaan vloeien. Ook met de andere losse spullen werd de verpakking zo gevouwen dat het echt dicht zat.
Onze vader werkte niet in de winkel, maar kwam wel enkele keren per week om de lege statiegeldflessen schoon te maken en te sorteren: kleine flesjes van Tova aardbeiensaus brachten 15 cent op; grotere flessen 20, 25 of 30 cent. Neef Adrie mocht als jongen de lege kartonnen
dozen verbranden in de oven achter op het binnenplaatsje. Dat vond hij prachtig, naar hartenlust scheurde hij eerst de dozen van Blue Band en Planta-boter in stukken om ze daarna in brand te steken. Onze oma zette dan meteen de teil met kookwas op de oven, handig en energiezuinig.
Natuurlijk herinneren wij ons vooral snoep: zoute ruitvormige drop, katjesdrop, zwarte ballen met koffie smaak, zwart/wit. Vriendjes speelden graag met ons bij opa en oma Jansen, omdat ze altijd een snoepje kregen, tumtum, snoephartjes, dropveters of stroopsoldaatjes.
Onze opa bezorgde ook aan huis. Vooral de rijkere klanten lieten hun boodschappen thuis brengen. Hij had twee fietsen, een met een mand voorop en een andere met een grote houten bak. Willem Jan herinnert zich levendig dat hij als kleine jongen voorin de mand mocht zichtten op weg naar huis. Over de Slotlaan, Steynlaan, dan voorzichtig oversteken bij de Bergweg via het Jacob van Lennepplein naar de Ds. Nahuyslaan.
Dit artikel is al eerder verschenen in De Nieuwsbode op 6 april 2016.